Gouden 11

Al de voetbalfanaten die, bij het lezen van de titel, hoopten dat ik eindelijk eens een artikel over hun favoriete sport (of mag ik spel zeggen) heb geschreven, zal ik meteen moeten teleurstellen. Geen commentaar over balorige buitenspelposities of halsbrekende horrortackles, maar een ode aan de elf eindzeges van Sven Nys in de Superprestige en een passend eerbetoon aan de laatste grote klimmer van het peloton.

Niemand die er voor de start van de laatste manche nog aan twijfelde dat Sven Nys voor de elfde keer het regelmatigheidscriterium van de Superprestige ging binnenrijven. Voor de wedstrijd in Middelkerke insinueerden enkele insiders dat de Kannibaal van Baal, een groepje (zonder zijn naaste belager Kevin Pauwels) zou laten wegrijden om zo zeker te zijn van eindwinst. Nys reageerde onder goedkeurend oog van Freddy Maertens (zijn Lombardsijde ligt op een boogscheut van Middelkerke) zoals het een sportman betaamd met de benen, en snoerde alle critici de mond. Een kanonstart gevolgd door een blitzkrieg was het resultaat. De Eddy Merckx van het veld deed de vergelijking alle eer aan, en paste minutieus de geliefkoosde tacktiek van de grootste wielrenner aller tijden toe. Het betreffende motto: ‘Aanval is de beste verdediging’, werd aan de boorden van de Noordzee geen oneer aangedaan.

Met behulp van een verbazend sterke Stybar wist Nys het klassement binnen te halen. Enig minpunt: De kers op de taart in de vorm van een 150ste profoverwinning werd Sven niet gegund. Ach hij zal er niet om malen. Die 11de eindzege en de daaraan verbonden vette cheque waren even voldoende om zijn honger te stillen. Bovendien heeft Stybar de overwinning niet gestolen. Toen de Tsjech in één ruk naar Nys stormde en nadien snoeihard overnam, liep het aangezicht van de Balenaar vuurrood aan en leken de benen net niet helemaal te ontploffen. Fel uitstekende jukbeenderen, een strak afgespannen huid in plaats van bolle kaken en de starre ogen van een killer gecombineerd met Oostblokse branie was het winnende recept. Joviale Zdenek heeft duidelijk goed gepiekt. Neen, niet naar het Vlaamse Wereldkampioenschap in Koksijde, maar wel naar het eerste luik van het wegseizoen. Winst in een voorjaarsklassieker is de kersverse Quick-Stepper meer waard dan alle crossen tezamen. Laat deze zege een doorstart zijn voor een goed wegseizoen. Al maakt één zwaluw de lente niet.

Ook Bart Wellens heeft net op tijd de juiste vorm te pakken. De Kempenzoon kan terug zelfstandig wandelen naar de bakker, en zijn gelaat begint eindelijk wat meer kleur te vertonen. Het seizoen en carrière als veldrijder is respectievelijk al lang en bijna afgelopen, maar geen nood. Er is nog toekomst, en wel in de harde mediasector. De oudste zoon van Lucien Wellens was zaterdag co-commentator van dienst. Een verademing was het. Eindelijk slaagde VT4 erin om goede analyses te maken van de cross en werd Thijs Van Amerongen voor één keer niet verward met Thijs Al. Barts correcte ontleding doorspekt met het sappige Kempense dialect, leverde heerlijke televisie op en was een boeiend luisterspel voor de kijker. Hij zorgde er in zijn eentje voor dat bovenstaande zender misschien toch nog toekomst heeft in het uitzenden van wielerwedstrijden. Vandenhaute, aanwerven die man.

Op wie megalomane Wouter (tegenwoordig spijtoptant met zijn interview over de parcourswijziging van de Ronde van Vlaanderen 5 maanden na datum) niet meer hoeft te rekenen is de betreurde Marco Pantani. Exact acht geleden werd hij dood aangetroffen in een illuster hotel te Rimini, het Ibiza van het Italiaanse schiereiland. Het was de kroniek van een aangekondigde dood. Il Pirata groeide op in het sprookjesachtige Cesenatico (de naam alleen al doet me wegdromen naar La dolce Italia), gelegen in de regio Emilia-Romagna, volgens talloze reisgidsen de mooiste plek van het de laars. Als renner kende Il Elefantino vele hoogtepunten (de laatste renner die in één seizoen zowel de Giro als de Tour naar zijn hand zette), maar ook heel diepe dalen (dopinggebruik en mentaal zeer kwetsbaar). Deze flamboyante berggeit beroerde alle wielerliefhebbers: In het tijdrijden was hij geen kraan, maar in het hooggebergte onnavolgbaar. Pantani kon als geen ander het verschil maken met snedige demarrages op de steile stroken van een klim.

Marco toch, sinds 14 februari 2004 moet de mensheid onherroepelijk verder zonder jou. Enkel in mijn dromen zie ik je nog heersen in de bergen op die helgroene Bianchi. Je kale knikker opgefleurd met opvallende oorring blijft voor altijd aanwezig in mijn gedachten. En ik ben ongetwijfeld niet alleen. Op de tonen van ‘ti amo’ verklaarde Guido Belcanto ooit voor heel Vlaanderen zijn liefde voor u. Telkens ik onderstaand fragment aanschouw, krijg ik een krop in de keel. Marco, je bent dan wel geen gouden elf, maar blijft voor altijd mijn Bambino d’oro.

Kijk en geniet nog eens van deze warme man. Helaas veel te vroeg het tijdelijke voor het eeuwige verruild: http://www.youtube.com/watch?v=zz_c_0ZhaoA

Plaats een reactie